7 tips om je eerste stappen op de beurs te zetten

Het aanbod van beleggingsfondsen is immens groot. Je las misschien al hoe je een duurzaam beleggingsfonds kan herkennen, maar weet je ook waar je op moet letten wanneer je je eerste stappen op de beurs wil zetten? In 7 tips geven we je de basisregels mee. 

Op basis van je huidige financiële situatie én je toekomstige verwachtingen kan je bepalen welk bedrag je wil beleggen, zonder dat je daardoor in de financiële problemen komt. Doordat het verloop van de beurs soms moeilijk te voorspellen valt, houdt beleggen namelijk ook risico’s in. Beleg daarom alleen geld op de beurs waarvoor je een risico wilt nemen. En dus geen geld dat je in de nabije toekomst denkt nodig te hebben.

Je trekt best niet met al je geld naar de beurs. Laat ook nog wat op je spaarrekening staan want onverwachte grote uitgaven kunnen altijd opduiken. Als je een financiële reserve hebt, kun je gerust zijn. Met andere woorden: een appeltje voor de dorst is belangrijk.

Advies van Jean-Paul Rousseau, directeur Financial Markets & Infrastructure bij Febelfin en bestuurder-directeur van de Belgische Vereniging van Beursleden (BVBL): “Wil je een goede belegger worden, dan moet je nieuwsgierig zijn en er wat tijd aan besteden. Een goed geïnformeerde en geduldige belegger, die is er twee waard.”

Naar de beurs trekken doe je niet impulsief. Zorg ervoor dat je vertrouwd bent met de basis van het beleggen: je moet weten hoe de beurs werkt en verschillende producten begrijpen: aandelen, obligaties, …

Jezelf kennen, dat is essentieel om goede keuzes te maken op de beurs. Doe je voor je beleggingen een beroep op een financiële instelling? Dan moet die nagaan of je voldoende kennis en ervaring hebt. Samen met jou zal de financiële instelling een check doen van o.a. je financiële situatie, je beleggingsdoelstellingen en de risico’s die je bereid bent te nemen.

Op basis van die informatie bepaalt de financiële instelling je risicoprofiel (defensief, neutraal of speculatief). Daarbij moet ze zich houden aan de Europese richtlijn MiFID (Markets in Financial Instruments Directive). Die zorgt ervoor dat beleggers allemaal dezelfde bescherming krijgen. Op basis van je profiel kan de financiële instelling de juiste strategie voor jou voorstellen. Als je zelf belegt, kan je die evaluatie ook voor jezelf uitvoeren.

Je kiest het best voor een strategie op middellange of lange termijn. Zeker als je jong bent: je beleggingen hebben langer de tijd om op te brengen. Zo kan het bijvoorbeeld ook een goed idee zijn om te starten met pensioensparen. Denk je op korte termijn, dan zal je vaker de neiging hebben om onberekende risico’s te nemen.

“Het spreekwoord ‘je moet niet op één paard wedden’ past hier perfect. Binnen een bepaalde sector kunnen er schommelingen (fluctuaties) zijn. Die moet je vermijden. Stop daarom niet al het geld dat je wil beleggen in éénzelfde sector”, aldus Jean-Paul Rousseau.

Het is belangrijk dat je een gespreide portefeuille opbouwt. Hoe je dat doet? Wel, onder andere door te beleggen in verschillende aandelen en in verschillende sectoren (en zoals gezegd, altijd in producten die je begrijpt). Hou daarbij ook altijd goed je beleggingsdoelstellingen voor ogen.  

Financiële diensten aanbieden, dat is een activiteit waarvoor er in België regelgeving geldt. Om geen slachtoffer te worden van fraude, ga je altijd goed na of de financiële tussenpersoon die je kiest betrouwbaar is. Via de websites van de FSMA en van de Nationale Bank van België kun je controleren of de tussenpersoon een vergunning heeft om in België activiteiten uit te oefenen.

Ook belangrijk: wees op je hoede voor aanbiedingen die te mooi lijken om waar te zijn. Stel: een onbekende belt of mailt je en zegt dat je dankzij hem/haar tegen heel gunstige voorwaarden kunt beleggen in ruil voor een mooi rendement. Informeer je voor je hier verder op ingaat. De FSMA waarschuwt regelmatig voor dit soort zaken.  Ze heeft trouwens een test waarmee je makkelijk kunt nagaan of een aanbod effectief te mooi is om waar te zijn.